Lekker Pai: de 7 beste eetadressen
Eten is echt wel één van mijn favoriete bezigheden. Zeker in het buitenland, waar nieuwe smaken en alle goeie adresjes nog te ontdekken zijn. In Pai hebben we behoorlijk wat restaurantjes uitgeprobeerd en maar liefst 7 stuks goedgekeurd. Dus mocht je hier ooit eens passeren, hier komen ze. Extra voordeel voor de liefhebbers: je komt er nauwelijks backpackers van het luidruchtige soort tegen. Zalig!
Baan Benjarong
Absoluut het beste restaurant waar we tot nu toe in Thailand hebben gegeten. De eigenaar heeft de gerechten (Noord-Thaise specialiteiten) die hij zelf het lekkerst vindt, met sterretjes aangeduid. Het mag gezegd worden: de man heeft smaak en hij levert Michelin-ster kwaliteit, maar dan zonder het dito prijskaartje. Love this guy. We hebben zelfs “moeten” bijbestellen omdat het zo lekker was.
De eigenaar bedient zijn gasten zelf. Niet dat hij dat slecht doet, maar hij moet echt wel wat ontspannen want wat hij aanziet als etiquette komt eerder als nors en onvriendelijk over. Toch is niets minder waar. Als je hard genoeg probeert, kan er echt wel een lachje vanaf.
Wie op zoek is naar farang food (eten voor buitenlanders genre frietjes, hamburgers en pizza) blijft beter weg. Ook het interieur is niet echt gezellig te noemen, maar dat hebben we er met plezier bijgenomen.
Boomelicious
Deze zaak wordt uigebaat door één van de zonen van Baan Benjarong. De lat ligt dus hoog en dat merk je meteen aan de kwaliteit van het eten en de manier waarop je ontvangen wordt, al zijn ze hier een pak meer ontspannen. Hier wel burgers, sandwiches en toasts, maar dan wel gemaakt met overheerlijk huisgemaakt zuurdesembrood. Na 3 weken veel te zoet toastbrood is het alsof er een engeltje op je tong pist: zo lekker. Ze bereiden ook overheerlijke sapjes en shakes.
Fruit Factory
Nee, geen fruitfabriek. Wel een hippe zaak waar alle gerechten met vers fruit geserveerd worden. Of het nu om een sandwich, slaatje of een Thaise specialiteit gaat. Dat klinkt misschien raar, maar eens je bord voor je staat is dat de normaalste zaak van de wereld. Fruit Factory wordt uitgebaat door zoon nummer twee van Baan Benjarong. Hij heeft duidelijk de stuursheid van zijn vader geërfd, maar het eten, de desserts (passievruchten ijstaart = yum!), de shakes, de frappés en het leuke terras waar je enkele uurtjes kan spenderen (wel nog even iets bijbestellen in dat geval) maken dat meer dan goed. Het leuke straatje met originele huizen, naast het koffiezaakje Carrot on the moon, krijg je er gratis bij.
Je komt er zelden een andere toerist tegen. Wel Thai uit de middenklasse, met een eigen zaak – die mensen moeten ook eten hè.
Carrot on the moon
De eigenares van dit koffiezaakje spreekt letterlijk twee woorden Engels: hello en bye. Net zoveel als wat wij in het Thais kennen dus. Gelukkig lukt koffie, huisgemaakte taartjes en cupcakes bestellen hier met gebarentaal ook prima.
Na’s kitchen
Mevrouw Na in haar keuken, dat is letterlijk waar het hier om draait. Na is een erg sympathiek exemplaar die de lekkerste Thaise gerechten klaarmaakt vanuit haar open keuken. Eenvoudig eten voor weinig geld. Na geeft je bovendien nooit het gevoel dat je snel weer de deur uit moet. Probeer een tafel buiten te bemachtigen, vlak naast haar keuken. Zo kan je mensen kijken en Na kijken!
Charlie and Leks
Dit zaakje is vergelijkbaar met Na’s kitchen. Weinig tierlantijntjes, maar wel erg lekker en redelijke porties. Wij hadden hier in het begin namelijk nog altijd honger. Niet moeilijk dat die mensen hier zo mager zijn. Charlie and Leks heeft dit goed begrepen en serveert redelijke porties voor westerse maaginhoud.
Ze geven hier ook kookles. Hun Pad Thai is overheerlijk dus zeker overwegen.
Th. Rhangsiyanon, Pai (vlak voor het politiekantoor)
Silhouette bar
Wij hadden onze zoektocht naar deze tapas en wijnbar al bijna opgegeven, maar gelukkig zagen we het mooi verlichte gebouw dan toch liggen, ergens in een uithoek van Pai, naast de rivier. Sebastian, een Engelsman, volgde zijn Thaise vrouw en samen hopen ze binnenkort in Pai hun hotel te openen. Al drie jaar zijn ze aan het bouwen (een project dat maar één jaar in beslag zou nemen) en daarom hebben ze alvast besloten hun bijhorende tapas en wijnbar te openen. Kwestie van al wat naamsbekendheid te creëren en toch iets om handen te hebben. Toen wij er binnen wandelden, waren ze net een paar dagen open. Seb keek dan ook verbaasd dat we het gevonden hadden.
We proefden er het tapasbord van de chef (ja, af en toe eens iets anders dan rijst en noedels kan deugd doen): een mix van Spaanse kazen en dito vleeswaren, met versgebakken, knapperig (!) brood en zelfgemaakte dipsausjes met kruiden uit de tuin. Dat allemaal in combi met een Chileens wijntje, dat hier zowaar te betalen was, en een jazz muziekje op de achtergrond, op een overdekt terras aan de rivier bij volle maan. Wij romantisch?! Huh?
De rondleiding van Sebastian op het domein hebben we er gratis bovenop gekregen. Een hotel, met 18 kamers, om in de gaten te houden.
Kristin! is dat jouw blog?
ik had ook niet door dat je een blog had, Kristin, maar vanaf nu volg nu al jouw culinaire uitspattingen 😉